zo 4 jul 2004
't Zwarte inkt › Het fenomeen Bert Dekker
Gister werd in de Franse alpen de 'Marmotte' gereden. Deze 'toertocht' geldt als 'de' Cyclo van het jaar. De Marmotte is de meest aansprekende van zijn soort. Ieder jaar stromen er weer duizenden deelnemers naar startplaats en omgeving van Bourg d'Oisans en omgeving. Onder de vertrekkers over het algemeen zeer veel Nederlanders. Nederlandse renners en toerders die na afloop of al tijdens de tocht de door zichzelf toegedichte 'klimaspiraties' de grond in zien geboord.
De Marmotte is dan ook een ware beproeving. Met zijn verschrikkelijk lange beklimming van de Croix de Fer. Zijn goedlopende Col du Telegraphe, zijn majestieuze 2648 meter hoge Galibier met haar steile acht slotkilometers. Plus als toetje, desert en nagerecht nog de Alpe d'Huez. De 14 kilometer lange 'Nederlandse berg' is normaal geen reuzendoder. Op de eerste kilometers na, 'loopt' de klim naar het skidorp. Als slot van de de Marmotte verandert de weg omhoog met de 24 haarspeldbochten echter in een ware verschrikking. Na de lange afdaling vanaf de Galibier, waar de tegenwind het laatste beetje souplesse in de benen opsouppeerd, heeft de klim weinig respect voor haar bedwingers. In de editie van 2002 moesten zelfs de twee koplopers even van de fiets.
Onder de favorieten mochten gister ook de Nederlanders Bert Dekker en Oege Hiddema worden gerekend. De Noordeling Hiddema, vorige week nog winnaar van de Vaujany, de opwarmronde van de Marmotte, moest echter verstek laten gaan. Hij raakte deze week bij een val aan een enkel geblesseerd. Dekker verdedigde de Neerlandse driekleur echter met verve. De Zuid-Hollander kwam, achter een tweetal vanwege doping geschorste Italiaanse renners, als derde bij de meet aan. Eigenlijk dus gewoon een overwinning voor 'Bertje'.
Bert Dekker is dan ook een fenomeen. Dekker schreef de tocht al driemaal op zijn naam. Vorig jaar moest hij enkel de nu voor Bankgiroloterij rijdende Laurens ten Dam voor laten gaan. Het jaar voordien zette hij de gehele Rabo-opleidingsploeg voor aap door ze eenvoudig te kloppen.
Waarom is Dekker dan geen prof? Gilles Delion verdiende immers ooit een profcontract via zijn zege in de 'Marmotte'. Dekker is zeker geen mindere klimmer dan Boogerd. Hij heeft alles van een rasklimmer, maar kan ook op het vlakke goed uit de voeten. Is mager, heeft een redelijke tijdrit in huis en leeft voor het wielrennen.
Maar misschien lag het niet alleen aan de keuzeheren bij de profs. Eén seizoen, het jaar 2000 waren we in de formatie van de Volharding ploeggenoten. Bert spreidde bij tijd en wijlen zijn iets wat eigenaardige insteek tentoon. Zelf was ik eenmaal getuige van zijn vreemde manier van koersen. Gedurende een Ardennenklassieker zat ik weer eens te ver van achter. Ik ontwaarde Bert, als kopman gestart, vlak voor mij en zette mij op kop om hem langs het in stukken brekende peloton naar voren te loodsen. Na een lange jacht daar aangekomen, liet hij zich doodleuk weer naar de laatste groep afzakken om een bidonnetje te halen.
Een andere anecdote uit hetzelfde jaar. Na afloop van een klassieker in Frankrijk, Parijs-Yvetot om precies te zijn, was Bert zoek. Omdat ik zelf als enige van de ploeg de finsh haalde is onderstaande grotendeels aan mij voorbij gegaan.
Mijn ploeggenoten gingen echter op zoek naar Bert. Zij schuimde de plaatselijke McDonalds en de Burger King af. Uiteindelijk vond men hem in de kroeg. Bert zat aan de halve liters. Niet een frisje, maar flink aan het bier. "Dat doe ik wel vaker", klonk het enigszins beneveld.
Bert is ook een renner met een mening. Een man van principes. In het weekend wilde hij een dubbel rijden. Zaterdag clubcompetitie in Midden-Nederland en zondag de Ronde van Limburg. De ploegleiding wilde hem als voorbereiding op de Ronde van Luik echter alleen in Limburg aan het vertrek. "Dan rij ik helemaal niet en start ik ook niet in Luik", aldus Dekker. Dat hij hiermee zichzelf de mooiste koers van het jaar door zijn neus boorde interesseerde hem totaal niet.
De laatste keer dat ik hem sprak was in 2002 bovenop de Alp d' Huez. Hij lag uren na de finish gewikkeld in allemaal dekens op een massagetafel. Kleumend van de kou wist hij echter wel te vertellen dat hij ondanks kramp in de slotklim ze er allemaal had opgelegd.
Bert is dan ook een fenomeen. Bert is niet dun, eerder schraal. Zijn enigszins ingevallen gezicht maakt zijn grote blauwe ogen en lach nog sprekender. Bert is klimmer. Bert is de Marmotte en Bert is beter dan Boogerd.